zaterdag 4 juli 2020

Deel 12: Tolerante mensvriendelijkheid, liefde voor het streven naar het hogere en consequente trouw zijn deugden die wezenlijke bijdragen aan de wordende menselijkheid van de vrije hogeschool kunnen geven

Hieruit volgen een veelheid van inzichten over de bewustzijnshoudingen die in de zin van die verantwoording gecultiveerd kunnen worden en een bijdrage aan de verwezenlijking van de hogeschool leveren. Hier worden enkele karakteristieke voorbeelden van een zodanige bewustzijnsbijdrage gegeven.

Voor het algemeen bewustzijn geldt met het oog hierop het volgende. Als belichamingsbewustzijn heeft het terecht tot taak om de mensen in een toestand van vervreemding tegenover de geestelijke wereld, tegenover hun eigen wezen te verplaatsen. Zij kunnen immers alleen door de overwinning van deze vervreemding hun vrijheid verwerven. Onderkent men dat de levens-en kennisproblemen waarin mensen verkeren, noodzakelijke voorwaarden van hun vooruitgang zijn, dan zal hieruit een hoogste mate aan tolerantie en een behoedzaam ingaan op hun problemen ontstaan dat hun ware wezen steeds in de geborgenheid van de tegemoetkomende gezindheid beschermt. Echte mensenvriendelijkheid zal veel meer tot bevordering van onderwijs van het algemeen bewustzijn bijdragen dan de verspreiding van een verdund inhoudelijk weten. Tolerante mensenvriendelijkheid is een van de deugden die een belangrijke bijdrage aan de verwezenlijking van de hogeschool kunnen leveren.

Met de tolerantie moet zich echter consequentie verbinden. Zonder consequentie kan zich niet de andere bewustzijnssoort vormen die hier de totale werd genoemd. Want het totaalbewustzijn is alleen als een zodanige van het nergens onderbroken, in-zich-rustende samenhang van de geestelijke wereld mogelijk. Wie zich daarmee wil verenigen moet zich deze consequentie in zijn kenvermogen eigen maken. Maar hij behoeft bovendien een nog veel meer verinnerlijkte consequentie in zijn handelen en gedrag. De geestelijke wereld verenigt zich immers met de denkende mens in een wezenswisseling die geen grenzen kent, omdat hem geen voorbehoud inperkt. Een zodanig onbeperkte vereniging, een zodanig definitieve uitsluiting van alles wat dwang is noemt men trouw. Omdat zich de geestelijke wereld aan de zuivere kennisgezindheid te goeder trouw schenkt, kan deze alleen te goeder trouw van haar deel uitmaken. De geestelijke wereld is zuiverste overgave, deze kan alleen voor de volledige overgave van het eigen wezen open gaan. Wie de hogeschool in zichzelf, zichzelf in de hogeschool als de wordende mens onderkent, zal met geen enkel bereikt resultaat genoegen nemen, zal zich nooit daarop beroepen en zal het alleen als aanleiding en aansporing tot scheppend voortschrijden naar productieve ontevredenheid en juist daarin tot trouw tegenover het nooit bereikbare gewaarworden. Hij zal in de zin van dit getrouw streven beseffen dat hij zich alleen met diegene in het handelen kan verenigen, wiens kenvermogen zich met zijn eigen kennen in geestelijke consequentie verenigt.

Tolerante mensenvriendelijkheid, liefde voor het streven naar het hogere en consequente trouw zijn deugden die wezenlijke bijdragen aan de wordende menselijkheid van de vrije hogeschool kunnen geven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten